Harmen Jacobsz Schaap
Harmen Jacobsz Schaap,
geb. op 17-04-1768 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 17-04-1768 te Huijsen; dgt. Aaltje (Aalts) Elts Ruijter,
, -
ORA-184-3223A175; 04-12-1804.- Vader:
Jacob Harmensz Schaap, zn. van Harmen Wijgertsz Schaap en Nelletje Jacobs Smit ( Putten van),
geb. op 23-11-1738 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 23-11-1738 te Huijsen,
Moeder: Nelletje van Putten,
begr. op 15-09-1814 te Huizen; Grafnr. 57,
, -
JACOB HARMENSZ SCHAAP
Huizen Koptienden (1794-40 1800-56):
1794-40: v. Mewis Gerbertsz Rebel 3 kop
1800-56: op Gerbert Dirkz Rebel 3 kop
-
HENDRIK EN JACOB HARMSZ: SCHAAP
Huizen Koptienden (1783-40 1804-45):
1783-40: bij erf v. Aalt Ruijter 2 kop 1/2
1800-40: op Hendriks Harmensz Schaap 1 kop 1/4
- Situatie: 1 kop 1/4
1804-45: op Hendrik Harmensz Schaap 1 kop 1/4
-
ORA-184-3181; 16-05-1788: Akte van bewijs. Hendrik Harmenze Schaap weduwenaar van de op 30-09-1787 overleden Ebbetje (Aalten) Ruijter ter eenre en Jacob Harmenze Schaap, Willem Lambertze Smit, en Pieter Willemze Schaap als d.d. 18-01-1788
aangestelde voogden over Harmpje en Harmen Hendrikze Schaap hun in huwelijk verwekte nagelaten minderjarige kinderen
-
ORA-184-3181; 20-01-1792: Akte van bewijs. Jacob Harmensz Schaap weduwenaar van de op 23-12-1790 overleden Jannetje Aalten Ruijter ter eenre en Hendrik Harmenze Schaap, Willem Lambertze Smit en Pieter Willemze Schaap als d.d. 14-01-1792
aangestelde voogden over Hendrik Jacobze Schaap hun minderjarige nagelaten zoon ter andere zijde
-
ORA-184-3181; 03-05-1793: Akte van bewijs. Teuntje Janze 's Gravendijk weduwe van Cornelis (Hendricksz) Hijnen ter eenre, en Aart Janze Vos, Hendrik Harmenze Schaap en Jacob Harmenze Schaap als d.d. 31-01-1793 aangestelde voogden over Meijnsje,
Harmen en Evert Hijnen hun minderjarige nagelaten kinderen; Ieder kind f 65 en sieraden
-
ORA- 184-3223A175; 04-12-1804: Testament. Jacob Harmensz Schaap woonende te Huizen zijnde ziek en zwak te bedde liggende, verklaarde dat het Huis en Erve van hem Testateur gelegen aan de Koedijk ? belend ten zuiden Klaas Korsen Lamphen, ten
Noorden Jan Hendriks Snijder, door zijn Testateurs zoon Hendrik Jacobsz Schaap zal moeten worden aangenomen. Voorts praelegateerden aan gemelde zijnen zoon Hendrik Jacobsz Schaap een somme van f 300, ter vergoeding van hetgeen zijn Testateurs
oudste zoon Harmen Jacobsz Schaap reeds vooraf genooten heeft. Beide zonen Harmen en Hendrik Jacobsz Schaap worden voor de overige goederen enige erfgenamen. Het huis waarin Testateur thans woond, staande en gelegen binnen deze dorpe belend ten
zuiden Aart Jansz van As en Klaas Willemsz Schram, ten Noorden Gerrit Klein en de Erve Aagtje (Willems) Teeuwissen Wed.v. Jacob (Lambertsz) Ruin, zal door 2 deskundige moeten worden getaxeert enz.
-
ORA-184-3225A061; 05-12-1808: Verklaring over drenkeling. Hendrik Koeman wonende binnen Huizen, ten verzoeken van Jacob Harmensz Schaap wonende mede alhier, verklaarde dat op Maandag 05-09-1808 's morgens tussen 2 en 3 uren aan Strand aan de
Zee agter voorn: dorpe met deszelfs kruiwagen was bevondende met oogmerk om visch te laden waarmede naar gewoonte voornemens was naar elders te gaan venten, dat hij daar zijnde op zee Jacob Harmensz Schaap om hulp hoorde roepen, waarop den
Deposant zich nader zee begaf en zag voorn: Jacob Harmensz Schaap met Lambert Evertsz Boomgaard slepende een Mensch in zee en verzogten nadin de genoemde Hendrik Koeman hen de behulpzame hand te willen bieden, om voorn: in zee gevonden mensch
door hem Jacob H: Schaap gevonden; denkende dat het een drenkeling was, doch het opbeurende bespeurde dat er leven in ware, zich des te meer hadt gehaast om zoo mogelijk haar te redden enz. Het was de dochter van Grutter Cornelis de Jong
woonende alhier, genaamd Dirkje (Cornelis) de Jong.
Nog compareerde voor ons Jan Hendriksz Visser mede alhier woonagtig zijnde een visser enz van wien Hendrik Koeman visch zoude laden,
tr. op 07-06-1767 te Huijsen; Impost 23-05-1767: 2x f 3,- = f 6,-.
>